Historie

Kerger is in 1919 opgericht als familiebedrijf door de toen 25 jarige Jan Kerger. Vader Kees Kerger had voldoende investeringskapitaal om de start van Kerger & Co. N.V. Marine Electrical Engineers te faciliteren. Het bedrijf werd gevestigd aan de West Zeedijk in Rotterdam en had 12 man personeel, waarvan het merendeel monteur was.

In 1950 is de heer Kaptein Sr., die in november uit militaire dienst kwam, aangenomen in de functie van administratief medewerker bij Kerger. De concurrentie was fors; op deze ene vacature waren 40 sollicitanten afgekomen. Mede vanwege hun gedeelde militaire achtergrond, klikte het tussen de heer Jan Kerger en Leendert Kaptein.

In de jaren ’50 bestond Kerger uit de directeur, een in- en verkoper, een dame op de boekhouding en een aantal monteurs, ongeveer 15 man. Kerger installeerde en repareerde veel elektrotechnische onderdelen in de scheepvaart. Veel Amerikaanse Victory en Liberty schepen die in 1942 gebouwd waren, hadden schade geleden. Bovendien had Nederland en vooral het havengebied in Rotterdam geleden onder hevige bombardementen door Duitsland tijdens WOII tussen 1940-1945. Er was daarom veel vraag naar elektrotechnische scheepsonderdelen en monteurs die de onderdelen en de schepen kenden.

Na de wederopbouw van delen van het havengebied, zaten veel scheepvaartleveranciers in de “Zeemansbuurt”, in de directe omgeving van de West Zeedijk. Klanten bevonden zich voornamelijk in Rotterdam, Amsterdam en Dordrecht. Kerger kon nagenoeg alles leveren, maar had ook concurrentie. De meeste concurrenten waren aanzienlijk groter dan Kerger en hadden soms wel 120 man personeel. Kerger was met 20 man personeel flexibel en bouwde toen al aan wat later een traditie zou worden; het onderhouden van goede relaties met de klant.

Kerger importeerde veel maritieme onderdelen, zoals stekkers, kabels, stekkerdozen, verlichting, lantarens. De organisatie had een naam opgebouwd op het gebied van lampen en lantarens die op de schepen gebruikt werden. Een beetje schip had 40 mensen aan boord. Leeslampjes waren dan ook een veelgevraagd artikel! Als schepen ‘op stroom’ lagen, dan waren ze vanuit de haven niet bereikbaar. Producten werden met een bestelautootje gebracht, of klanten kwamen spullen halen. De heer Kaptein heeft het vaak meegemaakt dat hij met een klein bootje naar een schip moest varen en met een touwladder 10 à 15 meter omhoog moest klimmen om aan boord te komen en te kijken wat er nodig was. Ook zijn zoon, de huidige directeur Evert Kaptein heeft regelmatig onderdelen geleverd die uiteindelijk per helikopter bij de klant op een booreiland of schip werden gebracht. Altijd tot het uiterste gaand voor de klant, daarin is weinig veranderd. Wel is de werkwijze uiteraard enorm veranderd en worden de meeste producten via eigen vervoer, transporteurs en koeriersdiensten aan de klant geleverd.

Kerger kon in de jaren ’60 de klant nog niet in alles voorzien. De heer Kaptein Sr. was van mening dat Kerger aanzienlijk meer zou kunnen leveren; het was een sterk bedrijf met goede contacten en had bovendien een logistieke voorsprong, omdat het zeer nabij de havens gelegen was. Er werd een nauwere samenwerking opgezet met Madsen, waar de inkoop ook op werd aangepast. Dat zorgde voor grotere klanten, die dag en nacht op Kerger konden rekenen. De materialen konden direct uit voorraad geleverd worden en dat was een groot voordeel. Zo werd Kerger ook groothandel.

Toen de boekhoudkundige kracht uit dienst trad om te gaan trouwen (zoals gebruikelijk was voor vrouwen in die tijd), nam de heer Kaptein Sr. het op zich om ook de boekhouding tot in detail te leren kennen. Er was nog niets geautomatiseerd op kantoor; men werkte met typmachines en carbonpapier om facturen uit te schrijven. De heer Kaptein Sr. kwam bij klanten langs om af te rekenen, met een kwitantie voor de geleverde materialen. Betalingen gingen veelal in cash. Dat geld werd naar de bank gebracht en op de rekening van het bedrijf gestort. Nu hij inzicht had in de financiële wegen, viel het heer Kaptein op dat er een aanzienlijke som op de bankrekening stond. Dat geld werd gebruikt om verder te investeren in het bedrijf. Dit realiseerde dat Kerger verder kon groeien welke een positief effect op hun concurrentiepositie had.

In ‘59 werd de heer Kaptein procuratiehouder en had hij volledige beslissingsbevoegdheid. Het bedrijf groeide ook intern. Bij het afscheid van de heer Kerger heeft hij de heren Leendert Kaptein en Jan Verwater het bedrijf in handen gegeven. Er waren geen kinderen of opvolgers, maar met deze constructie kon Kerger toch als sterke eenheid verder gaan.

In reactie op de ontwikkelingen in de markt, heeft Kerger haar focus verlegd. Oorspronkelijk werden er veel montagewerkzaamheden verricht. Maar toen Kerger flink groeide en de monteurs geen toereikende werkplaats meer hadden, werd dat lastiger. De beslissing werd genomen om alleen nog materialen en onderdelen te leveren. Het bedrijf verhuisde, bouwde uit, groeide uit zijn voegen en verhuisde weer. De klantenkring werd internationaler en Kerger opende in 1980 een vestiging in Houston.

Huidig directeur Evert Kaptein kent het bedrijf als geen ander. Als kleine jongen van 10 jaar ging hij in de weekends mee naar het bedrijf van zijn vader en hielp hij met het gereed maken van orders in het magazijn. Vanaf de jaren ‘90 werkte hij volop mee in het bedrijf en leerde zo uit eerste hand alle ins en outs van Kerger. Nu staat hij zelf aan het roer van dit prachtige bedrijf met rijke tradities. Het is zijn intentie om met het bedrijf een nieuwe eeuw in te stappen. “Kerger behoudt het goede van een eeuw aan tradities, zoals aandacht voor onze zakelijke relaties en de grondige kennis van de producten en hun toepassingen. Daarnaast gaan wij met onze tijd mee. Kerger is klaar voor de toekomst!”